Direct naar artikelinhoud

Meekijken met de 226 gemeentecamera's

Op de Johan Huizingalaan, waar vorige week een granaat ontplofte, liet burgemeester Halsema camera's ophangen. Er zijn nu 226 gemeentecamera's. Wie zit er aan de andere kant van de lens?

Via een wand vol schermen met haarscherpe beelden van 226 camera's houdt de CCTR de stad in de gaten.Beeld Tammy van Nerum

Op een bankje bij het Osdorpplein eet iemand een banaan. Acht kilometer verderop, op de derde verdieping van politiebureau De Eenhoorn in Oost, kijkt een observant mee.

Is dit afwijkend gedrag? Iemand die zich afzondert van de massa? Moet er een handhaver op worden afgestuurd? Of is het een zaak voor de politie?

Nee. De observant van Handhaving en Toezicht zoomt weer uit en draait de camera met zijn joystick richting de Sloterplas.

Nadat op het August Allebéplein in 1999 rellen waren uitgebroken tussen jongeren en de politie zette Amsterdam de eerste stappen op het gebied van cameratoezicht. Vorig jaar schommelde het aantal camera's tussen 205 en 220. Nu zijn het er 226. Vorige week werden er nog een paar opgehangen in Slotervaart, na de incidenten op de Johan Huizingalaan.

Daar gebeurt nu schijnbaar weinig bijzonders. Een vrouw fietst langs. Maar de observanten weten: kijk lang genoeg en overal is altijd iets te zien. Het beeld is een van de tientallen die te zien is in de Centrale Camera Toezicht Ruimte (CCTR) van de gemeente en de politie.

Via een meterslange wand met televisieschermen wordt de stad hier gadegeslagen. De gezichten van honderden passanten vullen de schermen. De kleine borden die aan de lantaarnpalen hangen en vertellen dat je een gebied met cameratoezicht betreedt, liegen niet: je wordt bekeken.

De camera's kunnen 360 graden draaien en de beelden zijn haarscherp. Die fiets die op de Warmoesstraat is geparkeerd, is een Gazelle, blijkt als vanaf tientallen meters wordt ingezoomd op het fietsembleem. Met de camera die hoog boven de Dam hangt is het Stationsplein in beeld te brengen.

Zitvlees en een scherp oog
Een handvol observanten - 'uitkijkers' - zijn nu  bezig met hun digitale surveillance. Vergelijkbaar met wat hun collega's doen die op straat lopen en om zich heen kijken, maar dan op afstand en onzichtbaar. Zitvlees moeten ze hebben, maar vooral een scherp oog voor a-typische gebeurtenissen die mogelijk tot overtredingen of gevaarlijke situaties leiden.

De bezoeker voelt zich vooral een voyeur. Kijk die vrouw fietsen op de stoep, die man roken voor het kantoorpand. Op een scherm is een beeld te zien van eerder die dag, toen iemand van zijn fiets werd geduwd.

En op een bankje op de Nieuwmarkt staart een man voor zich uit met een blikje bier naast zich, niet wetende dat hij wordt bekeken en er een handhaver naar hem onderweg is om hem te wijzen op het alcoholverbod.

Vierogenprincipe
Vergeleken met al die andere duizenden camera's die in de stad hangen - van particulieren en bedrijven, waarvan niemand precies wat er allemaal wordt gefilmd en bekeken - zijn de regels in de CCTR streng.

Vorige week werden er nog een paar camera's opgehangen in Slotervaart, na de incidenten op de Johan Huizingalaan

Er geldt een vierogenprincipe: er is altijd een supervisor van de politie die meekijkt. Iemand uitgebreid bespieden alleen vanwege een uitzonderlijk mooi uiterlijk is daardoor geen optie.

Camera's worden opgehangen vanwege een specifiek probleem binnen een afgebakende grens. Is het probleem hangjongeren, dan wordt vooral daarop gelet. In dat geval wordt er ook vaak alleen 's avonds meegekeken.

Mocht er dan bijvangst zijn, zoals een fietsendief of vandaal, dan is dat mooi meegenomen, maar het is niet de reden waarom een observant achter de joystick plaatsneemt.

De beelden van alle 226 camera's worden dus niet continu bekeken. Dat kan ook niet: met het team van 19 observanten is de CCTR niet eens 24 uur per dag bezet, alleen in het weekend wordt er de hele nacht meegekeken. Wel worden alle beelden van alle camera's opgenomen en 28 dagen opgeslagen, voor mogelijk later gebruik.

Ultiem redmiddel
Cameratoezicht geldt als een 'uiterst redmiddel', dat wordt ingezet door de burgemeester als alle andere middelen onvoldoende zijn om de openbare orde te bewaken. Een ultiem redmiddel is het niet: op de Wallen hangen 38 camera's, vrijwel op iedere straathoek één. Toch is de situatie daar niet onder controle.

Zitvlees moeten ze hebben, maar vooral een scherp oog voor a-typische gebeurtenissen

"Mensen vergeten dat er zoveel tegelijkertijd gebeurt in de stad dat ook met cameratoezicht niet alles kan worden aangepakt," zegt Tanja Höing, teamchef van het team technisch toezicht van de politie. "Vergelijk het met een agent die een groep fietsers door rood ziet rijden: hij kan er meestal maar één een boete geven."

De techniek zou het werk van de observanten makkelijker kunnen maken. Het zou fijn zijn als automatisch wordt gedetecteerd dat er op de Wallen wordt gerend - meestal het teken van een diefstal of vechtpartij.

Maar het gebruik van geavanceerdere technieken als gezichtsherkenning is nu nog niet aan de orde. Sterker nog: het is nog niet mogelijk om een screenshot van een verdacht persoon door te sturen naar de teams op straat. Al kan de camera het aantal neusharen van een verdacht persoon in beeld brengen, het signalement wordt nog gewoon mondeling doorgegeven.

Vergeet niet dat ook met cameratoezicht niet alles kan worden aangepakt
Tanja Höing